1. JHvdB – Jan Hendrik van den Berg: wegbereider van een radicaal conservatisme

Dit is de eerste aflevering van een reeks beschouwingen die ik de komende weken op mijn website zal publiceren. De bronnen die ik vooraf heb verzameld en gelezen, publiceer ik gelijktijdig als elfde slotbijdrage. Navigatie tussen de bijdragen kan plaatsvinden met behulp van het navolgende overzicht. Dat kan uiteraard pas nadat de betreffende afleveringen zijn geplaatst en de hyperlinks onder “(link)” zijn aangebracht.

  1. JHvdB – Jan Hendrik van den Berg: wegbereider van een radicaal conservatisme
  2. JHvdB – Beknopte biografie van Jan Hendrik van den Berg (link)
  3. JHvdB – Leermeester Rümke en de Utrechtse School (link)
  4. JHvdB – Internationale contacten: Heidegger, Lacan, Bachelard (link)
  5. JHvdB – Opkomst en ondergang van een echte schrijver (link)
  6. JHvdB – Geestdrift en wetenschap: de betekenis van de roes (link)
  7. JHvdB – Metabletica – een vorm van historische fenomenologie (link)
  8. JHvdB – Rebellie: euthanasie, apartheid, racisme, christendom (link)
  9. JHvdB – Paradoxaal conservatisme (link)
  10. JHvdB – Slotbeschouwing (link)
  11. JHvdB – Bronnen (link)
Jan Hendrik van den Berg. Foto: Wim van Vossen sr.

In 2019, op een zaterdag in juni, organiseerde Henk Jan Prosman – een PKN-predikant met radicaal-conservatieve opvattingen – een boekpresentatie en een debat in een voormalige synagoge in Gouda. Onderwerp van de bijeenkomst was: Het christendom en het einde van Europa. Voor het debat waren ook Bart Jan Spruyt, medeoprichter van de conservatieve Edmund Burke-stichting, en Thierry Baudet, oprichter en partijleider van Forum voor Democratie, uitgenodigd. Prosman presenteerde er zijn vertaling van een boek van Douglas Murray: Het opmerkelijke einde van Europa. Immigratie, identiteit en islam.

V.l.n.r.: Thierry Baudet, Bart Jan Spruyt en Henk Jan Prosman – Gouda. Copyright foto: Reformatorisch Dagblad

Deze kleine maar drukbezochte bijeenkomst was typerend voor het radicale conservatisme dat ruwweg sinds de Fortuyn-revolte het publieke debat in Nederland domineert: een besef dat de eigen beschaving teloorgaat, het idee dat de islam onverenigbaar is met Westerse waarden, de overtuiging dat er zoiets onwenselijks als ‘massa-immigratie’ plaatsvindt, een ambivalente houding jegens het christendom (mooie woorden zonder commitment), een utopische, bijna eschatologische voorstelling van het heil dat het conservatisme zal brengen, bittere afkeer van alles wat links-liberaal is  (‘cultuurmarxisme’), verwerping van nauwere samenwerking binnen Europa, scepsis over multilaterale verbanden in de buitenlandse politiek, geestdrift voor een patriottisch nationalisme, bagatellisering van het vrijheidsbenemende streven van autoritaire regimes, een gerichtheid op de eigen blanke identiteit.

De Franse Revolutie vertegenwoordigt in deze sfeer de zondeval: Vrijheid is losbandigheid, Gelijkheid de grote boosdoener, Broederschap het kind van de rekening. De studentenopstand van 1968 toont de doorwerking van het kwaad dat in 1789 voet aan de grond kreeg.

Baudet had Spruyt in een ver verleden ooit ‘Johannes’ genoemd, een verwijzing naar Johannes de Doper, wegbereider van Jezus van Nazareth, de Messias. Tijdens dat symposium haalde Spruyt die Johannes-verwijzing aan, en hij stelde Baudet bijna dezelfde vraag die Johannes de Doper ooit aan Jezus had gesteld: “Ben jij Thierry, degene die komen zou, of verwachten wij een ander?” Spruyt vroeg zich af of Baudet de man was bij wie het conservatieve gedachtegoed van Bolkestein en Fortuyn in goede handen was en of hij er politiek resultaat mee zou boeken.

Baudets typering van Spruyt als heraut van het radicale conservatisme was niet helemaal uit de lucht gegrepen. Spruyt ijvert al vrij lang voor een herwaardering van het conservatieve gedachtegoed. Dit gedachtegoed krijgt in zijn handen vaak een revolutionaire strekking. De medeoprichter van de Burke-stichting was tevens betrokken bij de oprichting van de PVV, heeft een tijdlang als Wilders’ medewerker gefungeerd, maar raakte teleurgesteld in diens koers. Vervolgens vestigde hij zijn hoop op Baudet, in wie hij inmiddels ook wel teleurgesteld zal zijn. Who’s next?

Toch denk ik dat de echte heraut van deze radicaal-conservatieve ontwikkelingen niet Bart Jan Spruyt is. De ware wegbereider in Nederland lijkt me de metableticus, filosoof en zenuwarts Jan Hendrik van den Berg (1914-2012), auteur van een groot, leesbaar en in sommige opzichten interessant oeuvre, maar ook een auteur die wetenschappelijke dwaalwegen bewandelde, en in een later stadium van zijn ontwikkeling soms een bitter, racistisch, agressief en christelijk getoonzet conservatisme uitdroeg.

Van den Berg bleek in zijn nadagen ook een zekere waardering voor het optreden en de verschijning van Pim Fortuyn te hebben, een politicus immers die zich kleedde als een heer, die voornaam woonde, die de gave van het woord bezat, die graag poseerde als hoeder van vergeten waarden, de man ook die ons kwam verlossen van een doorgeslagen egaliteitsdenken.

Metabletica

Tegelijkertijd schuilt er iets merkwaardigs in het feit dat Van den Berg niet zag dat Pim Fortuyn eigenlijk een intellectuele ‘hooligan’ was – een woord dat Van den Berg graag gebruikte om daarmee moderne revolutionaire dwaallichten te typeren. Fortuyn was namelijk een man met een hedonistische en adolescente levensstijl, iemand die moeiteloos zwenkte van een marxistische naar een radicaal-conservatieve koers, iemand die niet schroomde om de betrekkelijk gematigde kabinetten-Kok de ‘puinhopen van Paars’ aan te wrijven, iemand die lachend over zijn darkroom-avonturen met Marokkaanse jongetjes vertelde. Dit raadsel zal later uitgebreider aan de orde zal komen, maar een tipje van de sluier kan al wel worden opgelicht: Van den Berg zwom ook zelf graag in tegen het tij, was eveneens een provocateur, was in zekere zin ook een hemelbestormer, iemand die zijn best deed om met zijn boeken heel te maken wat kapot dreigde te gaan.

Van den Berg was in de jaren vijftig en de vroege jaren zestig van de twintigste eeuw een schrijver van naam, een originele hoogleraar die boeken schreef die in veel talen vertaald werden. Zijn bekendste werk is Metabletica. Leer der veranderingen (1956), een vorm van historische fenomenologie. Daarop volgden een groot aantal ‘metabletische’ publicaties. Vakgenoten bekeken zijn groeiende reputatie van meet af aan met reserve of regelrechte vijandigheid.

Medische macht en medische ethiek

Van den Berg was weliswaar een heer van stand, een man van de wetenschap, maar hij ontpopte zich gaandeweg ook als een intellectuele rebel, een agressieve cultuurcriticus. Deze wending kwam op den duur zijn reputatie niet ten goede.

Van den Berg was de eerste die al heel vroeg openlijk voor euthanasie pleitte door middel van een kleine publicatie: Medische macht en medische ethiek (1969). Hij geloofde in de superioriteit van de cultuur die zich in Europa had ontwikkeld, en meende dat de raciale constitutie van andere volkeren hen minder geschikt maakte om dezelfde hoogten zelfstandig te bereiken. Hij meende ook dat de verwerping van de christelijke erfenis de mensen blind maakte voor de synchroniciteitsgedachte die hij vurig bepleitte, de gedachte dat er iets planmatigs schuilt in het samen optreden van ongelijksoortige gebeurtenissen, waardoor zich scharniermomenten in de menselijke geschiedenis openbaren. Hij betreurde de democratische ontwikkelingen aan de universiteiten en geloofde in een op gezag en talent gebaseerde hiërarchische ordening van instituties. En hij raakte bitter gestemd door de tegenwerking die hij ondervond, of meende te ondervinden.

Als onbekende Wikipedia-schrijver heb je soms meer invloed dan je zelf beseft. In 2008 (her)schreef ik onder het van Kurt Tucholsky geleende pseudoniem Theobald Tiger delen van het Wikipedia-artikel Jan Hendrik van den Berg. Ik typeerde daarin Van den Bergs metabletische geschriften als volgt:

“De kern van zijn leer is dat gelijktijdig optredende ongelijksoortige verschijnselen, in samenhang beschouwd, licht kunnen werpen op het menselijk bestaan en de geschiedenis.”

Deze zin is letterlijk overgenomen op een gedenkplaat die op 12 juni 2014 werd aangebracht bij het drinkwaterpompstation in het Nieuwe Plantsoen aan de Ceintuurbaan te Deventer ter gelegenheid van het feit dat Van den Berg op 11 juni 1914 geboren was.

(Hier voeg ik het grootste deel van de bettreffende zin aan het Wikipedia-artikel toe. En hier voeg ik er ten slotte nog de bepaling ‘in samenhang beschouwd’ aan toe.)

Op deze website hoop ik de komende weken zo nu en dan een bijdrage te plaatsen over deze zo interessante, maar bijna geheel vergeten schrijver, over zijn ontwikkelingsgang, denkbeelden en ontsporingen, in de hoop wat meer licht te werpen op het radicaal-conservatieve verschijnsel dat overal om ons heen in wisselende gedaanten en intensiteiten zichtbaar is.

Daarbij zal ik proberen ook enige aandacht te schenken aan de paradoxen van het huidige conservatisme, overigens zonder de pretentie te voeren daarmee iets nieuws te zeggen. Mijn bronnen verantwoord ik in de slotbijdrage. Die bronnen heb ik uiteraard vooraf verzameld en gelezen. Ik publiceer ze daarom gelijktijdig met deze introductie op mijn website.

10 gedachten over “1. JHvdB – Jan Hendrik van den Berg: wegbereider van een radicaal conservatisme

  1. Pingback: 11. JHvdB – Bronnen | The Hidden Law

  2. Ruud Hemel metableticus

    Het zou misschien wel mogelijk zijn dat hij zijn sympathie had, maar er is mij geen documentatie bekend waarin JHvdB zijn voorkeur voor Pim Fortuyn bekend. Niet in je Bronnen. Ruud Hemel

    Like

      1. Ruud Hemel metableticus

        Dit schrijft Zwart hem toe, om zijn these Van den Berg is de Pim Fortuyn van de jaren zeventig reliëf te geven. Hooligans zou over Van den Berg zelf gaan, hier is Zwart geïnspireerd op Atte Jongstra die Hooligans recenseerde in Vrij Nedeland en zijn artikel eindigt: “het boek is een prachtig zelfportret” (VN 21.4.90 De wereld gaat ten onder aan gebrek aan orde en tucht). Fortuyn was een heer van stand, daarom voorkeur voor hem? JHvdB had veel bewondering voor een heer van stand namelijk Olie B. Bommel. In een interview met Van den Berg zelf door Wiebe Fraanje in Ellips 8 (Bijbel en Wetenschap) komt Fortuyn ter sprake zonder dat Van den Berg een persoonlijke voorkeur laat noteren. (Jan Hendrik van den Berg Metableticus). Ruud Hemel, en is benieuwd naar de volgende artikelen.

        Like

      2. Arie Sonneveld Berichtauteur

        Hartelijk dank voor je reactie. Dat stuk van Atte Jongstra heb ik vroeger wel eens gelezen, maar ik heb het niet opgenomen in mijn literatuurlijst. Ik zal eens zien of ik die omissie kan herstellen. Ik ben nog wel van plan om ook zijn receptie in de Republiek der Letteren te behandelen.

        Hub Zwart zegt in dat interview: “Ik was geen uitgesproken Pim Fortuynfan, maar ik weet wel dat Van den Berg hem wel kon waarderen.” Dat gaat toch verder dan louter interpretatie. Dat Van der Berg beducht was om zijn tanende populariteit nog verder te schaden, lijkt me verder vrij aannemelijk.

        Ik heb inmiddels al een tweede stuk op mijn website geplaatst. Stay tuned. Ik sta altijd open voor kritiek. Je kunt me desgewenst ook mailen: mijn mailadres staat op mijn website, onder Over de vertaler/auteur.

        Like

      3. Ruud Hemel metableticus

        Boude bewoordingen is een geweldig boek, waar zo’n beetje alle unieke voorvallen uit de metabletische reeks aan de orde komen. Niets dan lof. Het einde van het boek De Terugblik is teleurstellend, alsof Zwart afstand neemt van zijn eigen werk. Boude bewoordingen is een door en door metabletisch boek met als voorval Medische macht en medische ethiek en als gelijktijdigheid Prick (blz. 46) zoals dat in de metabletiek hoort en loopt uit in het synchronisme Van den Berg-Foucault als hooligans. Wanneer je je dan zou identificeren met zijn werk terwijl je JHvdB ontmaskerd als hooligan zou je ook een hooligan zijn. Daarom noemt hij BW geen metabletisch boek en staat metabletica tussen haakjes. Menigeen die bezig was met een proefschrift en JHvdB noemde kreeg het advies om voor zijn naam omstreden, daarna zeer omstreden te zetten om later te horen dat het beter was zijn naam helemaal weg te laten. Zwart zegt zelf geen uitgesproken Pim Fortuynfan te zijn. Mij gaat betreffende zin vooral om dit gedeelte, mijns inziens is dit vooral om zich te contrasteren met JHvdB. In het interview met Wiebe Fraanje zegt Van den Berg wel dat de betekenis van de moord op Fortuyn Nederland overstijgt. Fortuyn als verschijnsel maar concrete politieke betekenis heeft hij voor JHvdB niet gehad, de rest van de zin dat van den Berg hem wel kon waarderen, staat er om afstand van hem te nemen. In verband met een academische carrière is het beter om niet als metableticus geboekstaafd te staan. Dat het schrijven van zijn studie over een Goddelijk geïnspireerd oeuvre meer travail dan repos zou zijn wil er bij mij niet in. Ruud Hemel

        Like

      4. Arie Sonneveld Berichtauteur

        Ik begrijp het, geloof ik, althans grotendeels.

        Maar mij blijft intrigeren dat Van den Berg bijna alle radicaal-conservatieve standpunten erop na hield die je ook vandaag de dag aan de rechterzijde van het politieke spectrum kunt aantreffen, met uitzondering misschien van de afkeer van de EU, maar inclusief bepaalde ideeën over de geslachten (mannen zijn competitiever, en agressiever – daarom doen ze meer uitvindingen dan vrouwen), raciale ideeën, anti-egalitaire ideeën, historische ideeën (anti-Franse Revolutie, apartheid), gezeur over politieke correctheid terwijl sommige van zijn opvattingen zeer terecht niet geaccepteerd werden. Ondergangsfantasieën had hij ook. En op een bepaalde manier wilde ook hij de cultuur redden door de verticale dimensie weer terug te brengen. Hij kan in sommige opzichten echt moeiteloos de held van Baudet zijn.

        Of hij nu wel of niet een Fortuyn-fan was, is feitelijk van secundair belang.

        Like

      5. Ruud Hemel metableticus

        Over de tanende populariteit van JHvdB het volgende, de zeventiger jaren gaf een dramatische achteruitgang te zien. Uitgeverij Callenbach anticipeerde daarop, van Gedane Zaken is geen 1e druk, men begon gelijk met een 2e druk van 1000 exemplaren en niet zoals gewoonlijk 2000. In de negentiger jaren herstelde de populariteit zich enigszins. Van Metabletica van God verschenen 3 drukken en men wilde het vertalen. Dit gebeurde niet maar leverde wel weer eens een vertaling op, van Twee wetten, The Two Principal Laws of Thermodynamics 2004 met een uitgebreide historische achtergrond van Two Laws en introductie van Bernd Jager. Men wilde zijn werk herdrukken, te beginnen met Het menselijk lichaam, echter tevergeefs. Hij was gast docent in Leuven, zijn lezingen werden opgenomen in Geen toeval. Er verschenen 3 bundels over zijn werk: Metabletische perspectieven 1995, Metabletica en wetenschap 1997 en Metabletics: J.H.van den Berg’s Historical Phenomenology 1999. Bij de bronnen mis ik sowieso de Amerikaanse inbreng, buiten genoemde bundel verscheen Journal of Metabletica tussen 2010-2020 met 15 nrs. (het is inmiddels ter ziele) en de Special Issue: J.H. van den Berg in Janus Head 2008 Ruud Hemel

        Like

  3. Pingback: 2. JHvdB – Jan Hendrik van den Berg – jeugd, carrière en schrijverschap | The Hidden Law

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s