Ovidius in het Derde Rijk – Geoffrey Hill

De Engelse dichter Geoffrey Hill (1932-2016) schreef als openingsvers van zijn bundel King Log (1986) het gedicht Ovid in The Third Reich.

Het gedicht laat Ovidius, auteur van de Amores, aan het woord in Hitlers Derde Rijk. Er ontstaat onvermijdelijk een sterke spanning tussen de zoektocht naar artistieke verfijning en de morele verschrikkingen tussen welke die zoektocht plaats vindt.

Wir haben es nicht gewusst, kan niet dienen als wapen op de plaatsen waar het bloed rijkelijk vloeit.

Kunnen de mooie praatjes – ik heb geleerd niet neer te zien op de verdoemden – dat wel?

En wat had Ovidius dan moeten zeggen?

De immorele strekking van het Ovidius-citaat (waaruit blijkt dat Ovidius zeer goed besefte wat moreel was) werpt een schel licht op de vredigheid en de gemoedsrust waaraan hij in dit gedicht, zoals zovelen die leefden tijdens de veronderstelde verwezenlijking van het Derde Rijk en wisten te overleven, zo sterk lijkt te hechten.

Vertaling:

Ovidius in het Derde Rijk

non peccat, quaecumque potest peccasse negare,
solaque famosam culpa professa facit.

[Wie zijn zonden weet te loochenen, zondigde niet;
het is slechts de schuldbelijdenis die schande brengt.]

Amores, III, xiv

Ik heb mijn werk en mijn kinderen lief. God
Is veraf, moeilijk. De wereld gaat door.
Te dicht bij de aloude goten met bloed
Is onschuld geen aards wapen meer.

Een ding heb ik geleerd: niet te gauw neerzien
Op de verdoemden. Zij vertonen, binnen hun sfeer,
Een vreemde harmonie met de liefde
Gods. Ik prijs, binnen de mijne, het liefdeskoor.

Origineel:

Ovid In The Third Reich

non peccat, quaecumque potest peccasse negare,
solaque famosam culpa professa facit.

Amores, III, xiv

I love my work and my children. God
Is distant, difficult. Things happen.
Too near the ancient troughs of blood
Innocence is no earthly weapon.

I have learned one thing: not to look down
So much upon the damned. They, in their sphere,
Harmonize strangely with the divine
Love. I, in mine, celebrate the love-choir.

Hier vindt u een vertaling van het gedicht door Peter Nijmeijer.1

Hier vindt u een bespreking van het gedicht (een van de vele).2

 


  1. Vlaanderen, jrg.46 (1997), p.227. 
  2.  E.M. Knottenbelt, Passionate Intelligence: The Poetry of Geoffrey Hill, Amsterdam/Atlanta GA: Editions Rodopi B.V. 1990, p.104 e.v. 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s