Het pad dat ik niet nam – Robert Frost

RobertFrost
Robert Frost op een postzegel van 10 dollarcent (Wikimedia Commons)

Mijn vertaling van het gedicht The Road Not Taken van Robert Frost heeft een eervolle vermelding gekregen bij de poëzievertaalwedstrijd die in 2016 georganiseerd werd door De Bibliotheek Huizen-Laren-Blaricum, i.s.m. Stichting Kunst en Cultuur Huizen, het Kunst- en Cultuurcafé Huizen en met steun van Flevo Boekhandel Huizen.

Informatie over de wedstrijd vindt u hier. Er waren 33 vertalers die een vertaling hadden ingezonden. Er waren twee prijzen en een eervolle vermelding.

De jury bestond uit Henk Aertsen, oud-docent Engelse Taal- en Letterkunde van de Middeleeuwen en oud-docent Literair Vertalen aan de VU, Wil Hordijk, oud-docent Engels en Culturele en kunstzinnige vorming aan het Erfgooiers College Huizen en schrijver, en Roxane van Iperen, jurist en dichter/schrijver.

De bekendmaking van de uitslag, de vertalingen die de eerste en tweede prijs hebben ontvangen, en het juryrapport vindt u hier.

Hier is een opname van Robert Frost zelf die het gedicht voordraagt.

Voordat ik met mijn vertaling voor de dag kom, moet ik allereerst vertellen dat ik een curieuze vergissing heb begaan. Ik had het gedicht van Frost gekopieerd van de bibliotheekwebsite en in mijn tekstverwerkingsprogramma (Word) geplakt, met weglating van de meegekopieerde HTML-opmaak. Bij het plakken waren ook de witregels die de strofescheiding markeren, verdwenen. Deze witregels voegde ik uiteraard vervolgens handmatig weer toe, en ik sloeg aan het vertalen. Maar ik had bij het toevoegen van de witregels per abuis vijf strofen van vier regels gecreëerd, in plaats van de originele vier strofen van vijf regels. Omdat ik me, mede als gevolg van die fout, ook nog een paar vrijheden met betrekking tot het rijmschema had veroorloofd, voldeed mijn vertaling niet helemaal aan de (gerechtvaardigde) vormeisen van de jury. Pas tijdens de prijsuitreiking werd mij duidelijk dat ik iets verkeerd had gedaan. En pas enige tijd na die uitreiking begon de akelige toedracht mij te dagen.

Bij het vertalen had ik overigens wel een paar keer de gedachte in me voelen opkomen dat Frost een merkwaardige strofe-indeling had gekozen, maar met de rotsvaste zekerheid die de ware broddelaar kenmerkt, had ik het niet nodig geoordeeld mijn kopie nog eens met de bron te vergelijken.

Gelukkig vond de jury de vertaling verder wel erg geslaagd.

Het moeilijkste bij de vertaling van dit gedicht is het aanbrengen van een natuurlijk ritme, de toepassing van een alledaagse woordkeus, en het herscheppen van een in vrij strakke versvorm gegoten parlando.

Dan nu mijn vertaling (met de foute witregels):

Het pad dat ik niet nam

In een geel bos gingen twee paden uiteen.
Jammer dat ik ze niet allebei kon gaan,
En als ondeelbare wandelaar bleef ik staan
En keek een tijdlang waar er één,

Heel in de verte, in het lage groen verdween;
Nam toen het tweede, dat als je het goed bekeek,
Eigenlijk betere aanspraken had,
Omdat het grazig was en ongerept leek.

Maar wat begaanbaarheid betreft, al snel bleek
Dat ze elkaar niet veel ontliepen, dat
Beide deze morgen waren bedekt met blad
Waarop nog geen voetzool getreden had.

O, het eerste komt later aan de beurt!
Maar wetend hoe onomkeerbaar paden zijn,
Vroeg ik me af of ik het terug zou zien.
Ooit zal ik dit vertellen, enigszins verscheurd,

Hoe ik tijden, tijden geleden heb gedwaald;
Twee paden gingen in een bos uiteen, en ik – ik had
Gekozen voor het minst gebaande pad,
En dat heeft al wat volgde toen bepaald.

De avond waarop de prijzen werden uitgereikt (27 januari 2016), een speciale editie van het maandelijks kunstcafé Huizen, vond plaats in Theater De Boerderij in Huizen en was bijzonder onderhoudend. De organisatoren waren Thom Schuitemaker (Bibliotheek Huizen-Laren-Blaricum), die een beschouwing over Frosts gedicht had gemaakt en voorlas, Fransje Sydzes, actrice/voordrachtskunstenaar, Nol van Bennekom, oud-journalist, -redacteur en muzikant, en Frans R. Bianchi, voorzitter Stichting Kunst & Cultuur Huizen.

Maartje van Weegen presenteerde de avond, Fransje Sydzes en Ani Avramova traden samen op; Sydzes droeg gedichten voor (o.a. M. Vasalis, Remco Campert), Avramova omlijstte de voordracht met pianospel (Chopin), Joop Daalmeijer maakte met een smakelijk vertelde en voor mij niet geheel begrijpelijke anekdote de prijswinnaars bekend, en ten slotte zongen Joop Visser en Jessica van Noord een aantal soms dromerige, vaak sardonische en altijd vermakelijke liedjes.

Het was heel slecht weer die avond: het regende dat het goot, het woei zeer hard,  de onverlichte snelweg lag op de terugweg vol met regenplassen, de strepen op de weg waren bijna niet te zien, er werd gewaarschuwd voor slipgevaar. U begrijpt dat ik met gevaar voor eigen leven de eervolle vermelding in ontvangst heb genomen:

Eervolle vermelding vertaalwedstrijd Huizen
Volgens de dichter J.C. Bloem zijn de twee grote verlangens in een mensenleven het verlangen naar liefde en het verlangen naar eer. Ik geloof wel dat dat waar is.

De prijs was een geschilderd portret van Adele door de de tekenaar/schilder Olaf Schouw. Een ensemble-foto van de prijsuitreiking vindt u hier. Ik sta als derde van links, tussen Wil Hordijk en Joop Daalmeijer, met het geschilderde portret van Adele in mijn handen.

De voor dit gedicht relevante passage uit het juryrapport luidde:

De eervolle vermelding gaat naar de inzender die in haar of zijn vertaling de structuur van het gedicht heeft aangepast, in plaats van vier strofen van vijf regels koos deze inzender voor vijf strofen van vier regels. Dat is de reden waarom de jury besloot hem of haar geen prijs maar een eervolle vermelding toe te kennen: tegenover de andere inzenders zou een prijstoekenning niet te rechtvaardigen en niet eerlijk zijn. Zijn of haar vertaling is heel poëtisch en ritmisch, leest makkelijk, kortom leest als een echt gedicht.

Huizen - Road not taken
Foto van de prijsuitreiking (Ik sta met het portret van Adèle in mijn handen tussen Joop Daalmeijer en Wil Hordijk)

Origineel:

The Road Not Taken

Two roads diverged in a yellow wood,
And sorry I could not travel both
And be one traveler, long I stood
And looked down one as far as I could
To where it bent in the undergrowth;

Then took the other, as just as fair,
And having perhaps the better claim,
Because it was grassy and wanted wear;
Though as for that the passing there
Had worn them really about the same,

And both that morning equally lay
In leaves no step had trodden black.
Oh, I kept the first for another day!
Yet knowing how way leads on to way,
I doubted if I should ever come back.

I shall be telling this with a sigh
Somewhere ages and ages hence:
Two roads diverged in a wood, and I –
I took the one less traveled by,
And that has made all the difference.

5 gedachten over “Het pad dat ik niet nam – Robert Frost

  1. Pingback: Gun me een jongemannendood – Roger McGough | The Hidden Law

    1. Arie Sonneveld Berichtauteur

      Helaas, het is niet mijn forte om anekdotes die heen en weer slingeren zonder pointe of clou te onthouden. Het begon met een betrekkelijk toevallige leeservaring, meen ik me te herinneren, en Daalmeijer is natuurlijk een geroutineerde spreker, maar als er een verband was met het gebeuren, dan is dat verband me niet goed duidelijk geworden.

      Ik ben als poëzieliefhebber wel getraind in het detecteren van verdekt opgestelde verbanden, maar in dit geval ben ik – vrees ik – te kort geschoten. Misschien was ik gewoon te rozig om scherp te kunnen zijn.

      Het geheimste is – ook in dit geval – geheim gebleven.

      Like

  2. Tjerk Muller

    Blijft een fraai gedicht van Frost, al is het een beetje een evergreen.

    Maar wat wordt hier nou eigenlijk gezegd? De populaire interpretatie is dat je niet voor de platgetreden paden moet gaan, maar dat er een heroïsche invulling aan het leven valt te geven, indien je op je levensreis juist voor de minder gebruikelijke, doch lastiger weggetjes kiest.

    Zo legde Wouter Bos het gedicht, waar hij zichzelf in herkende of hoopte te herkennen, bijvoorbeeld uit toen hij te gast was in het praatprogramma Zomergasten.

    Een alternatieve verklaring die ik tegenkwam (en die ik overtuigender vindt gezien de herhaaldelijke relativering die Frost meegeeft aan zijn eigen eerdere beweringen over welk pad nou minder begaan was), is dat beide paden eigenlijk heel vergelijkbaar zijn, maar dat we onszelf en anderen graag vertellen dat de keuzes voor de wegen die we tijdens onze levensreis hebben afgelegd betekenisvol zijn geweest, ja, zelfs het grootste verschil hebben uitgemaakt – maar dat dit schijn is: hij had ook de andere weg kunnen inslaan, en dan had ‘ie zichzelf precies hetzelfde op de mouw gespeldt.

    Vandaar de verzuchting in: ‘I shall be telling this with a sigh’. Da’s niet enkel omdat ‘ie het spijtig vindt dat hij met de keuze voor het ene pad effectief een streep heeft gehaald door het bewandelen van het andere, dat hij ook wel had willen proberen; maar veel meer nog een indicatie dat de dichter zich goed bewust is dat hij zichzelf maar wat wijs maakt. Zoveel doen onze keuzes er uiteindelijk helemaal niet toe.

    Linksom, rechtsom: het is om het even, maar daar kun je als mens nou eenmaal niet altijd mee uit de voeten. Mensen hebben nuttige illusies nodig voor ons welbevinden.

    Geliked door 1 persoon

  3. Arie Sonneveld Berichtauteur

    Leuke reactie.

    De Wouter Bos-interpretatie wordt gauw een zelf-felicitatie, al denk ik wel dat Frost meende het ontoegankelijkste pad gekozen te hebben door zijn roeping als dichter te volgen.

    Je leest vaak, soms tot vervelens toe, dat dichters over de Tijd dichten, het verstrijken ervan, de onomkeerbaarheid, de onbewogenheid, met de in die gedichten soms verzwegen implicatie dat het onvermijdelijke einde nadert voor al wat leeft en adem heeft.

    Ik denk dat Frost het in dit gedicht inderdaad over de Tijd heeft, over de onvermijdelijke consequenties van keuzes, over je daardoor verscheurd voelen, en dat het je soms zwaar valt je te realiseren dat het die vaak onhandige en halfbegrepen keuzes zijn die uiteindelijk het leven uitmaken.

    Deze passage op PoetryArchive lijkt me verder ook nog wel relevant:

    “While in England, Frost became a close friend of the poet Edward Thomas. ‘The Road Not Taken’, published in 1916, is partly a teasing comment on the difficulty Thomas had in making decisions about the direction of his life. But the ambivalence is also Frost’s own: ‘I have been pulled two ways and torn in two all of my life’, he said in a letter written at almost the same time.”

    Like

Geef een reactie op wellalwayshaveparissite Reactie annuleren