Reiziger – Adam Zagajewski

Adam Zagajewski (1945-2021) is een Poolse dichter, vertaler, essayist en romanschrijver. Hij werd geboren in Lviv, wat nu in Oekraïne ligt. In zijn tijd was het nog Polen.

Zagajewski behoort tot een uitzonderlijke generatie Poolse dichters waartoe ook Czesław MiłoszZbigniew Herbert (1924-1998), Wisława Szymborska (1923-2012), Tadeusz Różewicz (1921-2014) behoorden. Wat me treft bij Zagajewski is het besef dat gruwel en vreugde onlosmakelijk verbonden zijn, dat ze samen ons leven uitmaken.

Een heel mooi interview met Zagajewski verscheen in De Groene op 17 april 2019: Bezing het verminkte continent – een verwijzing – een citaat zelfs – naar zijn beroemdste gedicht. Interviewer is de schrijver Jan Postma.

Enfin, ik heb ook dit gedicht van Zagajewski (net als het vorige) vertaald zonder Pools te beheersen. Ik heb in dit geval de Engelse vertaling van Clare Cavanagh vertaald.

De vertaling van Clare Cavanagh staat in mijn eiditie van Mysticism for Beginners, New York: Farrar, Straus and Giroux 1997, op p.38.

Het gedicht contrasteert de dichterlijke gevoeligheid voor het unieke, het bijzondere, het nieuwe met onze hang naar het vertrouwde, en met onze pogingen om in dat vertrouwde het echte leven te zoeken – waarschijnlijk tevergeefs.


Geluidsopname

Geluidsopname van de vertaling – Arie Sonneveld

Vertaling

Reiziger

Een zekere reiziger, die nergens in geloofde,
bevond zich die zomer in een uitheemse stad.
Linden bloeiden, de uitheemsheid bloeide innig en vroom.

Over de geurige boulevard wandelde een onbekende menigte,
met trage pas, vervuld van angst, misschien wel omdat
de dalende zon zwaarder was dan de horizon,

en het dieprode asfalt wellicht toch niet
de spot dreef met de schaduwen, en de guillotine
niet alleen maar luister verleent aan musea,

en de in koor luidende kerkklokken
nog wel eens iets meer konden betekenen dan anders.
Misschien was het daarom dat de reiziger zijn hand

steeds aan zijn borst drukte, om bezorgd na te gaan
of zijn retourticket er nog was, zijn entree
naar de eenvoud waarin we meestal leven.


Origineel

Traveler

A certain traveler, who believed in nothing,
found himself one summer in a foreign city.
Lindens were blossoming, and foreignness bloomed devoutly.

An unknown crowd walked down the fragrant boulevard,
slowly, full of fear, perhaps because
the setting sun weighed more than the horizon

and the asphalt’s scarlet might not
jest the shadows and the guillotine
might not grace museums alone

and church bells chiming in chorus
might mean more than they usually mean.
Perhaps that’s why the traveler kept

putting his hand to his chest, checking warily
to make sure he still had his return ticket
to the ordinary places where we live.

Plaats een reactie